Een parketvloer krijg heel wat te verduren: vuile schoenen, gemorste dranken, vallende boeken… Dit alles laat zijn sporen na. Daarom is het een goed idee om na enkele jaren het parket op te frissen. Met een aangepaste onderhoudsbehandeling ziet jouw houten vloer er weer als nieuw uit.

Stap 1 – Parket opschuren

Ga je jouw parket renoveren? Start dan met een opschuurbeurt. Met behulp van een schuurmachine wordt de bovenste laag van het hout verwijderd. Dit is de laag waar de meeste vlekken en beschadigingen in zitten. 

Hoe vaak je het parket kan opschuren, is afhankelijk van het type parket. Bij massief parket is dit veel vaker mogelijk dan bij samengesteld parket. Bij dit laatste type moet je kijken naar de dikte van de toplaag. Een toplaag van 5 mm kan je vaker opschuren dan eentje van 2 mm. 

Het opschuren is trouwens iets wat je eenvoudig zelf kan doen. Huur een parketschuurmachine – liefst eentje met een ingebouwde stofafzuiging – en ga aan de slag. 

Stap 2 – Beschadigingen bijwerken

In de volgende stap gaan we andere beschadigingen bijwerken. Misschien is er wel een zwaar decoratiestuk omgevallen op de houten vloer en heeft dit een gaatje achtergelaten. Gelukkig bestaan er verschillende opvulmiddelen om dit gaatje te dichten (beter bekend als ‘kneedbaar hout‘). Breng dit vulmiddel aan en schuur het daarna lichtjes op wanneer het droog is.

Stap 3 – Parket oliën of vernissen

Tijdens het opschuren van het hout werd de bovenste beschermlaag verwijderd. We moeten het parket dus opnieuw behandelen met een olie of vernis. Die heeft twee functies. Eerst en vooral is het een extra bescherming tegen vlekken. Deze vloeistof zet zich vast in de poriën van het hout waardoor ze minder vlekgevoelig wordt. Daarnaast kan de parketolie ook de kleur van het hout veranderen. Wil je een subtiele grijze tint? Dat is perfect mogelijk met een aangepaste olie.